30 januari 2014

Protest grootverdieners bezopen

Het is ’echt bezopen’ dat bestuurders die van belastinggeld worden betaald hun neus ophalen voor een ministersalaris, vindt minister Plasterk (Binnenlandse Zaken). Hij belooft zich weinig aan te trekken van de woedende reacties van toplieden uit semi-overheidsinstellingen, die moord en brand schreeuwen omdat ze straks maximaal 180.000 euro per jaar mogen verdienen. Minister Plasterk begrijpt weinig van het geklaag.De PvdA-bewindsman komt binnen enkele weken met een wet die regelt dat bestuurders in de (semi)publieke sector maximaal evenveel mogen verdienen als een minister. Tijdens de voorbereiding van de wet werd hij onaangenaam verrast door bestuurders die de kont tegen de krib gooien nu hij hun royale salaris van maximaal 230.000 euro naar beneden wil schroeven.

Ik ben daar eerlijk gezegd toch wel echt van geschrokken, zegt Plasterk. Zo kreeg hij bijvoorbeeld uit onderwijsland het verwijt dat hij klappen uitdeelt aan de bestuurders aldaar. Bizar, vindt de minister. „Je houdt toezicht op juffen en meesters die nog lang niet de helft van een ministersalaris verdienen. Dan ben je echt een beetje het gevoel voor verhoudingen kwijt.

Vanuit de zorg zwelt de kritiek ook aan. Bestuurders van ziekenhuizen kennen al een maximering, maar specialisten als chirurgen vallen niet onder de zogenoemde Wet Normering Topinkomens (WNT). Het maximum van 180.000 euro zou daarom niet goed zijn voor de verhoudingen binnen het ziekenhuis, stelt de sector. Medewerkers willen dan niet naar de top en bestuurders worden ’de nederigste dienaar in de zorg’, zeggen brancheverenigingen. Plasterk begrijpt weinig van het geklaag: „Dat zou juist hartstikke goed zijn; je hoort ook een nederige dienaar te zijn. Aan de top van de zorg staat een prima bestuurder: minister Schippers (Volksgezondheid). Die verdient precies een ministersalaris en doet het uitstekend.

De PvdA-bewindsman wil geen uitzonderingen maken voor de complete sectoren die hem boos hebben aangeschreven. Ziekenhuisdirecteuren gaan dus bijvoorbeeld ook een ministersalaris verdienen. „Alleen voor individuele, unieke gevallen kan een uitzondering komen. Maar dat zal haast niet gebeuren en moet door de ministerraad per geval worden goedgekeurd. De bestuurders kunnen duidelijk zichzelf niet in de hand houden, zegt Plasterk, en daarom is er wetgeving nodig. „Als je wilt dat zij het zelf regelen dan kun je wachten tot Pasen en Pinksteren op dezelfde dag vallen.” Hiervoor was er openbaarheid van alle salarissen. Dat moest als een schandpaal werken, maar het omgekeerde gebeurde. Bestuurders gebruikten de lijst om salarisverhoging te bepleiten en zagen het als een wedstrijd.

Volgens Plasterk moeten bestuurders niet zeuren over ’een zeer behoorlijk salaris’. Hij heeft zelfs mensen gehoord die klagen dat managers onder hen dan meer gaan verdienen dan zij. Dat is nog erger. Waarom moet een manager van een kleine zorginstelling meer verdienen dan een minister?”